Op weg naar Polonnaruwa stoppen we even bij het Giritale Wewa, een van de vele meren aangelegd door koning Maha Parakramabahu (1153-1186) om het land te irrigeren.

polonnaruwa

Polonnaruwa had haar glorietijd van de 11de tot de 13de eeuw. De Vejayanta Pasada, het paleis van koning Parakramabahu (1153-1186) zou zeven - deels houten - verdiepingen geteld hebben. Omstreeks 1293 werd het land door legers uit Zuid-India aangevallen en werd Polonnaruwa aan de jungle prijsgegeven.

Een klein eindje naar het oosten ligt de audiëntiezaal van de koning. De hal bestaat uit een verhoogd terras met zuilen - het dak is al lang verdwenen - op een reusachtige basis met olifanten in bas-reliëf.

De ingang wordt gevormd door twee trappen geflankeerd door makara (mythische, op draken lijkende dieren die de tijd symboliseren). De Kumara Pokuna (koninklijke baden) waar de dames van het hof baadden, zijn hier vlakbij.

Van de baden naar de Shiva Devale nr 1 is het niet verlopen. Dit gebouw werd in de 13de eeuw opgericht als een kovil, zoals ze die in Zuid-India rechtzetten. 

In het gebouw staat een lingam (fallus), die de scheppingskracht van de hindoegod Shiva representeert. Zoals de meeste lingams heeft ook deze een yoni (een rand rond de lingam) waarin de geofferde vloeistoffen worden opgevangen. Waar de lingam voor het mannelijke staat, vertegenwoordigt de yoni het vrouwelijke.

De Nissanka Lata Mandapa, gebouwd door koning Nissankamalla voor het vereren van de reliek van de Heilige Tand van Boeddha. In het centrum van het gebouw staat een klein stenen schrijn.

De Vatadage. De buitenmuren zijn versierd met friezen met leeuwen, dwergen en lotussen, en bij elk van de vier toegangen zijn schitterend gebeeldhouwde maanstenen en wachterstenen te zien.

Vier trappen leiden omhoog naar de centrale schrijn met vier boeddhabeelden die uitkijken naar de vier windrichtingen. In de middelste bakstenen dagoba werd oorspronkelijk de Tand van Boeddha bewaard, die nu aanbeden wordt in Kandy.

En dit is waarop de boeddha hierboven links uitkijkt: de Hatadage, een gebouw dat ook een tijd de Tand van Boeddha heeft gehuisvest.

Wat verderop verrijst de Sathamahal Pasada, een gebouw van zeven verdiepingen. De tempel is een groot raadsel. Over de oorsprong is niets bekend, al doet hij denken aan tempels in Angkor (Cambodja).

De Rankoth Vihara (Gouden Piek) werd in de 12de eeuw van rode baksteen opgetrokken. Dit is de enige pagode in Polonnaruwa die zich wat formaat betreft kan meten met die van Anuradhapura.

De Gal Vihara is een van de mooiste monumenten van Sri Lanka. Het bestaat uit vier boeddhabeelden die in een granieten wand werden uitgehouwen.

Het mooiste van de vier boeddhabeelden is 14 meter lang. Het toont Boeddha op het moment dat hij intreedt in het nirvana.

Vanaf hier hadden we alle tijd en ruimte om het prachtige monument te bewonderen.

De Kiri Vihara (Melk Vihara) werd gebouwd door koning Parakramabahu om Subhadha, een van zijn koninginnen, te gedenken. Het ooit melkwitte pleisterwerk van de dagoba is nog steeds origineel. Het gebouw is meer dan 30 meter hoog.

Naast de Kiri Vihara staat het Lankatilaka met zijn imposante muren van 16 meter hoog. In de smalle ruimte staat een enorm boeddhabeeld, waarvan het hoofd verloren is gegaan.

Verzusteren.

De lotusvijver ligt op het terrein van het Jetavana klooster.

Het belangrijkste bouwwerk van het klooster is het beeldenhuis Tivanka Palamaghara. Het heeft dikke muren, een gewelfd dak en rijkversierde nissen waarin kleine beeldjes staan. Her zijn de belangrijkste schilderingen van Polonarruwa bewaard gebleven.