San Francisco

We schrijven 2 februari 1994 rond halftien 's morgens. We rijden San Francisco binnen. Begerig als we zijn om de Golden Gate Bridge te zien blijven we op de hoofdweg. En zie! Daar is ze, in haar volle glorie. Even later brengt onze auto ons over de brug, richting Sausalito. Maar zover gaan we niet. Eenmaal de brug over zoeken we ons een plekje om ze te bewonderen. De stad telt 5 bruggen en de Golden Gate- die dateert van 1937 is niet de oudste en zelfs niet de langste met zijn 1280 meter spanwijdte. Maar dank zij haar slanke staalanatomie is ze zeker de koketste. De stalen kabels van net geen meter dik halen samen een lengte van driemaal de evenaar!

Ons schip wordt in de haven verwacht rond 13 uur en omdat we moeilijk met onze valiezen kunnen rondzeulen besluiten we de wagen nog niet terug te brengen naar het verhuurbedrijf. Dat geeft ons trouwens de gelegenheid om de beroemde straten van de stad "onveilig" te maken.

We rijden terug de brug over richting centrum en beginnen weldra aan een rit die een beetje doet denken aan een kermisattractie. Het gaat de hele tijd maar op en neer, op en neer. Ik denk niet dat er veel straten zijn die horizontaal liggen, behalve de Broadway en Chinatown. Een heel merkwaardige ervaring. Net als in de beste Amerikaanse films komt er ons plots een politiewagen met loeiende sirenes voorbij. Boven op de top van de straat springt hij de lucht in om dan weer neer te kwakken en aan de andere kant van de heuvel te verdwijnen. We verwachten elk ogenblik schoten te horen of het gekletter van wagens die tegen elkaar aanrijden.

 

Af en toe kruisen we een van de cable cars en beloven onszelf later een ritje in een van deze beroemde trammen. We komen aan de Lombard Street, "the Crookedest Street in the World". In de verte zien we de baai en het eiland Alcatraz, nog zo een beroemd stukje van Frisco. Zigzaggend dalen we de Lombard af en rijden daarna langzaam richting Fisherman's Wharf, het stukje haven waar ons schip gaat aanleggen. We parkeren de wagen en gaan op souvenirjacht. Want is dit niet de stad van de blue jeans ? Een uurtje later liggen er enkele zakken meer in de autokoffer.


Als de "Maxim Gorkiy" in de haven komt maken we de auto leeg en brengen alles naar onze kajuit, die het nummer 1 draagt en zich helemaal vooraan op het schip bevindt en wel op het Oriondeck. Dit dek is, van beneden gerekend, de zevende verdieping van het schip. Boven dit dek bevinden zich nog 3 dekken (het promenadedek, het Lidodek en het zonnendek. En dààrboven bevindt zich de kapiteinsbrug. Als je goed hebt meegeteld, zijn dat in totaal elf dekken!

Het feit dat we zo hoog in het schip én in kajuit nummer 1 zitten heeft zijn belang, zoals je later zult kunnen lezen in het verslag van de reis van Hawai naar Okinawa.

Na de innerlijke mens versterkt te hebben brengen we de auto naar het verhuurbedrijf Budget en trekken daarna weer de stad in, op zoek naar een halte van de kabeltram. Nu kunnen we San Francisco op een andere manier bekijken dan enkele uurtjes geleden, toen we er met de wagen doorreden.

Ze blijft even boeiend. We vinden de Lombard Street terug en nemen daar de tram die ons op zijn eigen luidruchtige manier rondleidt. Hij zit overigens stampvol. Het is hangen en wurgen om er bij te raken, maar dat kan het plezier alleen maar vergroten. Na zo'n half uurtje bereikt de tram zijn eindpunt, een rond wiel waar hij oprijdt. Iedereen stapt uit, inclusief de bestuurder, die daarna enkele hendels verzet en daardoor het wiel met tram en al doet ronddraaien tot zijn prachtige klingende, piepende anachronistische voertuig met zijn snuit in de richting staat waaruit het gekomen is. Dat hij telkens overvol zit is geen wonder : er zijn slechts drie trams overgebleven, die dagelijks 25.000 passagiers vervoeren, locals en natuurlijk toeristen! Ieder wil zijn ritje en kiekje Een zes ton zwaar rammelend en zingend museum dat overal voorrang heeft. Maar het helpt als je Frisco wil zien, waar je constant downhill of uphill moet gaan, waar de steilste straat - de Filbert Street - een helling heeft van 37 graden! Er zijn er nog steilere, hoor, maar die zijn dan wel niet voor auto's : het zijn trappen geworden.

We komen voorbij de Saint Peter and Saint Paul's Cathedral en gaan even later een winkeltje binnen waar Willy enkele dingetjes wil kopen. De vrouw in de winkel vraagt ons van waar we zijn. En als we zeggen dat we uit België komen doet ze ons bijna van verbazing achterover slaan door te zeggen dat ze een fan is van Will Tura! Ze is enkele keren in België geweest en heeft 2 concerten van Will bijgewoond. Hoe klein is de wereld niet! We hebben natuurlijk een foto van die mevrouw genomen om ons onze verbazing van toen voor altijd te herinneren.

We vinden ook Chinatown en wanen ons werkelijk in China. Alles ademt Azië uit, tot de straatlantarens toe. En dat is niet verwonderlijk. Je gelooft het bijna niet, maar een derde van de stad is van Aziatische afkomst: Koreanen, Japanners, Chinezen, Birmanen, Taiwanezen... Verwacht wordt dat de meerderheid van de bevolking in de 21ste eeuw Aziatisch zal zijn! En dat voor een stad die ooit gesticht werd door Spaanse paters!

Op de Union Square vind ik een openbaar toilet. Een trap leidt naar beneden. Als ik de deur naar het toilet opendoe, zie ik er een vijftal junkies die me onbeweeglijk zitten aan te staren. Het stinkt er naar urine en braaksel. Het is alsof onzichtbare klauwen me bij de nek nemen, zodat ik met volle blaas en al vierklauwens terug de bovengrond opzoek. Willy lacht zich een kriek, maar ging toch niet op mijn uitnodiging in om het zelf ook eens te proberen. Dat noemen ze dan de donkere verborgen kant van een grootstad.

Verder geen kwaad woord over de Frisco's. Ze komen warm en vriendelijk over. Toen we op een bepaald moment ons stadsplan aan het bestuderen waren, kwamen er 2 mensen spontaan de straat over en boden aan ons te helpen. Ik zie het nog niet direct bij ons gebeuren, al hoop ik dat ik me vergis.

Wat later gaan we een Mac binnen, helemaal niet verwonderd dat je die ook in de Verenigde Staten vindt. Oef, eindelijk een lege blaas. De frietjes en de coke nemen we er graag bij.


De volgende dag doen we idem dito. Frisco is een enorme stad, waar je vele uren in kunt doorbrengen zonder je te vervelen of twee maal hetzelfde te zien. Je kunt er trouwens blijven terugkomen, want Frisco ligt op de St.-Andreaskloof en heeft dan ook regelmatig te lijden van aardbevingen, zodat ze her en der weer moet opgekalefaterd worden. Zo blijft ze altijd nieuw en actueel, haar symbool de feniks waardig. Met Kerstmis 1849 brandden de vlammen het houten centrum plat. En meer, in 18 maanden brandde de stad zes keer! In 1906 verschoof de ondergrond zes meter op één minuut en ging een deel van de stad nogmaals op in vlammen. 250.000 burgers waren dakloos, 700 mensen waren dood. De laatste grote beving dateert van 17 october 1989, dus op het ogenblik van onze reis nog geen 5 jaar geleden.

We zijn tijdig terug om het middagmaal op het schip te nuttigen en daarna nog even naar huis te bellen. Heerlijk de warme stem van je vrouw te horen die je feliciteert met je aankopen en erbij vertelt dat je aan die prijzen best nog enkele jeans voor de zonen kunt kopen. Ai! Geen tijd meer : de "Maxim" vaart zo meteen af, richting... Hawaii!

Even later is het zover. Om 13 uur neemt de "Maxim Gorkiy" afscheid van San Francisco richting Hilo, Hawaii. Vrijwel iedereen staat op de dekken en wil meemaken hoe we onder de Golden Gate Bridge doorvaren. Op een van de achterdekken staat een groepje mensen, allen met één schoen in de hand. Want het gezegde gaat dat je, als je op het moment dat je onder de brug doorvaart, een schoen in het water gooit je voor de rest van je leven geluk zult hebben. Nu ja, waarom ook niet. Niemand zeult een hoefijzer met zich mee, veronderstel ik.

Imponerend is het in ieder geval. Langzaam schuiven de contouren van San Francisco verder weg. We varen voorbij Alcatraz. De brug komt steeds dichterbij. En daar is ze, uittorend boven ons. Even later verdwijnen de schoenen van het groepje mensen in het schuimige water. En steeds verder vaart het schip, tot de Golden Gate nog slechts een waslijn is... De Stille Oceaan wacht ons op. Zes dagen lang zal hij ons dragen, zes dagen tot Hawaii. Zes dagen op zee met enkel de golven, de wolken en de zon als begeleiders. Zes dagen dolce far niente, tenzij je wil meedoen aan de vele activiteiten die er elke dag op het boordprogramma staan.

Zoals nu, om vier uur, het theeuurtje. Een half uurtje later kun je in de Rossia-lounge gaan stretchen. Ofwel ga je Bingo spelen. Om zes uur wordt het aperitiefje genomen, onder begeleiding van de pianomuziek van Otto Richter. Vanaf 7 uur kun je avondmalen en om half negen speelt het boordorkest "Labyrinth" ten dans. Of hoor je liever het andere orkest de "Odessa Boys" in de Rossia-lounge ? Of film misschien ? In de filmzaal zie je om 9 uur "Out of Africa". En vanaf 10 uur kun je terecht in de nachtclub, of in de "See Taverne", om dan misschien om 11 uur de Middernachtsnack te gaan veroberen.

En of dat alles was... Wie liever in zijn kajuit blijft, kan op TV "A fish called Wanda" bekijken, en daarna "Lethal Weapon" met Mel Gibson, onder het drinken van de Rusty Nail, de cocktail van de dag... Slaapwel! Vanf morgen dobberen we in het Niets van de Grote Plas.


Maak jouw eigen website met JouwWeb