Jaffna, de tempel nallu kandaswamy

Die avond bezoeken we het imposantste gebouw van Jaffna, de tempel Nallu Kandaswamy, gewijd aan de godheid Murugan. Het complex is omgeven door een hoge roodwit gestreepte muur, een teken dat het hier een Shiva-tempel betreft. (Murugan, ook bekend als Kataragama en Skanda, is de zoon van Shiva.)

In deze tempel wordt jaarlijks het Nallur-festival gehouden, dat een hele maand duurt. Op de laatste dag van het festival worden enorme wagens met beelden van goden door massa's mensen door de straten getrokken. Gelovigen demonstreren hun trouw aan Murugan door zelfverminking. Ze steken dan haken en pennen door wangen, rug en andere lichaamsdelen.

Voor de tempelingang ligt een platte steen. Om de haverklap komt er iemand naar die steen toe met een kokosnoot in de hand, prevelt een gebed en gooit dan uit volle kracht de kokosnoot op de steen. Als de stukken in het rond vliegen is het gebed verhoord en gaat de gelovige de tempel in. De mannen doen dat met ontblote borst, de vrouwen niet.


ceremonie voor ganesh

De volgende dag gaan we een bezoek brengen aan Point Pedro, een stadje op het noordoostelijke punt van het schiereiland.

Voor we het hotel verlaten volgen we een tijdje de dagelijkse ceremonie van het wassen en aankleden van Ganesh, beschermgod van ons hotel. Dit wordt gedaan door een priester van de grote tempel. Het wassen gebeurt met melk.

Vip, onze gids en chauffeur, is Singalees en dus boeddhist, maar hij speelt op zeker: op zijn dashboard staan zowel Boeddha als Ganesh en Sint Christoffel om ons te beschermen.


Point Pedro is erg schilderachtig. Vissers zijn bezig met hun netten of varen uit. We maken een praatje met enkele jongeren die graag willen weten waar we vandaan komen. We wandelen naar de vuurtoren met onze voeten in het water van de Indische Oceaan.

Aan de overkant van de weg staat een zalmkleurig kerkje. Even verderop ligt een verwaarloosd kerkhof.

Langs de kustlijn proberen enkele jongens wat visjes of krabbetjes in hun netten te vangen. De Tamils die hier wonen zijn christenen. Vip zegt dat de hindoe Tamils geen vis eten, en dus ook niet vissen.


de weg terug naar jaffna

We rijden terug naar Jaffna. Vrouwen die op een rijstveld aan het werk zijn lachen ons toe als we hen op de foto nemen.

Wat verder staat een kovil (hindoetempel), de toren bedekt met kokosbladeren. Onder de bladeren zijn schilders aan het werk. Veel van de ontelbare bontgekleurde beelden op de tempel zijn van Ganesh, de god met de olifantenkop. Op een bord lezen we de welluidende naam van de tempel, de 'Malai Santhai Varatharaja Vinayagar Kovil'.


het fort

In Jaffna bezoeken we het fort, neergepoot door de Portugezen in 1619, maar later door de VOC (Vereenigde Oostindische Compagnie) uitgebreid en versterkt. Het is een vijfhoek met op ieder van de hoeken een bastion. Het fort bleef in goede staat tot de burgeroorlog in Sri Lanka uitbrak in het midden van de jaren tachtig van de vorige eeuw. De vestingwerken werden zwaar beschadigd door artillerievuur. Van de kerk blijft niets meer over.


de kovil van jaffna

Due avond brengen we een bezoek aan de kovil. We mogen in de tempel niet fotograferen of filmen. Alles blinkt er van het goud. Bij elk van de tempeltjes in de kovil staat een priester die voor je bidt en je geld in ontvangst neemt. Op het plein tonen mama's ons fier hun 'baba's'. 

Ook het ritueel met de kokosnoten gaat onverminderd door.