Wandeling naar lokapaksa

vrijdag 5 maart 2010

Vandaag zijn we twee uur lang gaan wandelen. Hola, daar valt hier echt niet mee te lachen, hoor! In deze temperatuur en met deze vochtigheidsgraad is zo'n wandeling echt wel vermoeiend. Jan en Huwiene hadden ons een briefje meegegeven om de weg voor ons wat wijzer te maken. Ingestreken met factor vijftig, met hoed en pet op het hoofd en een bus water bij de hand, togen we de villa uit richting desa (= dorp) Lokapaksa. De weg liep langs rijstvelden, buffels en huisjes. Voor zowat elk huisje stonden meerdere kooien met hanen. Hanengevechten zijn hier schering en inslag. Er wordt zwaar op gegokt. Misschien was het vandaag zo'n dag.

In Lokapaksa zochten we even naar het smalle wegje dat ons langs de rivier naar het volgende dorp zou brengen. Eens dat gevonden waren we op onszelf aangewezen, of bijna toch. De mensen zijn hier echt wel uitzonderlijk vriendelijk voor ons, toeristen. Twee mannen hadden ons elk apart spontaan geholpen om dat goed verstopte wegje te vinden en nu, terwijl we hier naar ons gevoel alleen op de wereld waren, kwam er plotseling een vrouw uit de jungle van bananenbomen langs de rivier om ons erop te wijzen dat we op het punt stonden een verkeerd wegje in te slaan. Een tiental minuten later liepen we het volgende dorp in en door, terwijl de kinderen ons van verre zaten toe te schreeuwen hoe graag ze wel op de foto wilden.

Ondertussen was “selamat pagi” al veranderd in “selamat siang”, zodat we huiswaarts togen, het laatste stukje langs het strand. Het eerste wat we na aankomst deden was onze kleren afpellen en gaan douchen. Mijn douche nam ik buiten, waarna ik het zwembad indook. Héérlijk!


Mijn GSM – tien jaar oud – laat het hier meestal afzweten. Waarschijnlijk heeft hij last van de te hoge vochtigheid. Nu ja, hij heeft zijn rust wel verdiend. Omdat ik ook weer flappen moest gaan tappen heeft Kadek me nog voor de lunch naar Seririt gereden. Eerst gestopt bij de bank, daarna bij de post om alle prentkaarten die ik de avond ervoor nog geschreven en gezegeld had af te geven aan de mooi geüniformeerde beambten. De volgende halte was een klein winkeltje waar ze mobiele telefoontjes verkochten. Voor 300.000 rupiah (reken zelf maar uit) had ik een klein Nokiaatje vast (allee, 'k zal 't zeggen, Walter, zo'n 24 euro) met een radio erin die ik toch nooit zal gebruiken. Onze laatste halte was in de “supermarkt” Hardy's, waar we wat fruit en koekjes inkochten, kwestie van niet zonder te vallen. Daarna was het lunchtijd.

Na de lunch was de masseuse er weer. Tussen haakjes, die heet ook al Kadek. Dat is hier al de vierde. Terwijl ze Lieke onder handen nam schreef ik wat aan dit verslag en ging voor de tweede keer die dag een half uurtje zwemmen. Gewoon heerlijk! De “massage + voetreflexologie + manicure + pedicure + wortelextract-masker voor het gelaat” duurde deze keer zo'n drie uur. Zegt de masseuse achteraf “Your wife looks 40 now.” Ik twijfel er niet aan dat Lieke eind volgende week niet ouder dan 20 zal lijken. Gelukkig gaan we daarna weg zodat ze niet terug naar haar kindertijd moet. Lieke zei achteraf dat dat masker uit een zuivere pulp van wortelen bestond, en dat de masseuse vooraf iets in haar oren had gepropt zodat er geen wortelsap zou inkomen. Dat zullen dan wel erwten geweest zijn.

O ja, die “selamat pagi” en zo. Even een korte uitleg. In het Indonesisch zeg je “selamat pagi” zoals wij “goede morgen zeggen”. Maar tussen 11:00 en 15:00 uur is het “selamat siang”, en van zo'n 15:00 tot 18:00 uur “selamat sore” (bij ons namiddag). Daarna wordt het “selamat malam” (avond), of “tidur” (wat “slapen” betekent). Vergis je niet, want anders denken ze dat je een buitenlander bent.

En nu ga 'k slapen. Selamat tidur.


Maak jouw eigen website met JouwWeb